Verslag van Ma Anny

0 comments 108 views

Een terugblik op elf dagen vakantie van Pa en Ma in gezelschap van Fenny en Patrick op 17 mei t/m 27 mei 2009, in Amerika door de ogen van de moeder van Fenny (aldus het verslag van Ma Anny :-)).

In het kort samengevat een droomvakantie voor moeder Anny en een belevenis voor vader Piet. We gingen naar Amerika, maar dat is groot. Compacter gezegd waren we in Californië, Nevada en Arizona. En concreet in Los Angeles, Grand Canyon, Las Vegas en Bakersfield.

Eerste dag

De reis begon vanaf vliegveld Düsseldorf.

Als hulp was broer Peter ingeschakeld om ons en de koffers in Düsseldorf te krijgen. Hij komt ons ook weer ophalen, want de terugweg van de V.S. naar huis, doen we zonder Fenny en Patrick, want zij plakken er nog negen dagen aanvast, als wij de vakantie erop hebben zitten.
In de hal van het vliegveld vind ik een muntje. Dat betekent “geluk”. Op de foto is te zien hoe blij ik ben met de vondst.

Even later heb ik al geluk nodig, want ik laat de jassentas in de toilet achter. Patrick en ik, weer op een drafje terug. Niets aan de hand, ze hangt nog op dezelfde plek. Het horloge wordt gezet.

De eerste overstap is in Londen Heathrow.
Om een goede verbinding te hebben met Amerika en zo weinig mogelijk stress, is besloten om in Heathrow te overnachten Een prachtig hotel deed de deuren voor ons open.

Maar ook was er nu de mogelijkheid, om een overzicht te krijgen van de looproute van terminal 3 (aankomst) naar terminal 5 (vertrek) op de retourvlucht. Dit blijkt een grandioos voorzorgsmaatregel, want wat is het groot en ver op Heathrow.

Tweede dag

Na een goede nachtrust stappen we opgewekt in het vliegtuig van Virgin Atlantic, om tien en een half uur later in Los Angeles weer voet aan de grond te zetten. Het is dan 14.15 uur plaatselijke tijd (Nederlandse tijd 23.15 uur). Het horloge wordt gezet.

Het inchecken in Engeland was nog even spannend, want ik piepte in het poortje.
Van boven tot onder, van voren tot achter werd ik gefouilleerd. Fenny overkwam hetzelfde en de mannen keken toe, maar die stonden op hun sokken en zonder riem in de broek.
De eerste hobbel was genomen.
De vliegreis was comfortabel in de fijne stoelen, maar slapen deden we nauwelijks.
Bij aankomst in Amerika, hetzelfde ritueel, controle, controle, controle.

En daar stonden we met onze koffers en tassen in Los Angeles. Het was prachtig zomerweer. Op naar de huurauto. De Amerikaan wilde Patrick nog een grotere auto aansmeren, dus discussie, en wij zaten rustig te wachten op het bankje. Maar het was en bleef de Dodge ( FW Fullsize-SUV 4türig), die Patrick uitgekozen had en afspraak was afspraak.
Toen ging het linéa recta naar hotel nummer twee. Het zag er prima uit.
Mijn krachten begonnen af te nemen, maar er moest nog gegeten worden en ook nog wat tijd rekken, alvorens ik kon gaan slapen.

Uiteindelijk was ik een zombie die het bed inrolde. De anderen waren ook moe, vertelden ze me later.

Derde dag (858KM)

’s Nachts om drie uur word ik wakker. Hiep, hoi, ik ben weer fit. Nog even de ogen dicht, maar om half vijf reveille, want Fenny en Patrick hebben één zorg, vóór de ochtendspits de stad uit en dat betekent 90 KM full speed.

Wij zitten prinsheerlijk op de achterbank en zijn overdonderd door de brede wegen, maar nog meer door de grote vrachtwagens en campers met en/of auto of boot of divers op de trailer er achter. Het lukt de drukte voor te zijn.
Tegen de tijd van ontbijten was er de Subway. Het werd een flinke boterham, die we lekker buiten op de stoep (zie foto) gingen opeten, want binnen was de geluidsknop op volle sterkte, zodat horen en zien je verging.

Daarna bij de buurman geurige koffie “Starbucks” het lievelings merk van Patrick en in Nederland niet te krijgen. Dus Patrick weer blij.

Daar had Fenny een verrassing van broer Peter. Die had zijn kast opgeruimd en vond nog een x-aantal dollars. Vakantiegeld voor ons met een briefje. We waren blij verrast (zie foto).

Gesterkt gaan we verder.
Patrick zit als een koning achter het stuur en koningin Fenny met de routebeschrijving op haar schoot. Een werkstuk waaraan uren gesleuteld, en dan merk je ter plekke, dat de situatie soms veranderd is. Maar goede routerijders, staan nergens voor en de rivier, die we over moeten wordt gevonden, al is het met een omweg. Een geweldig team en wij rijden mee prinsheerlijk op de achterbank, oftewel in de engelenbak. Hi, Ha, Ho, wat een lol.

Het werd een lange dag vol imposante bergen en schitterende vergezichten, en een pauze in Oatman, een toeristisch gebeuren, met herinneringen aan de cowboy.

Fenny vond een restaurantje waar alle muren waren beplakt met dollarbiljetten. Wij naar binnen en je wist werkelijk niet wat je zag (zie foto).

Het eindpunt was hotel nr.3 bij de Grand Canyon. Nadat we de kamers bekeken hadden, het was weer dik voor mekaar, gingen we voor een eerste kennismaking met een wereldwonder.
En nu word ik even stil. Dit is niet in woorden uit te drukken, die eerste blik op dit natuurgebeuren. Het wereldwonder is een wonder. En dat ze ons hier naar toe hebben gebracht, want dit schouwspel wilden ze ons persé laten ondergaan.
De foto’s spreken voor zich.

Daarna gegeten bij de Indiaan. Leuke tent met zanger Buck, die de gasten vermaakt. Het wordt weer super gezellig tafelen en ik blijf me verbazen over de eetlust van Patrick, trouwens Fenny doet ook heel goed mee.

Vol met overweldigende indrukken rollen we in bed, nadat we eerst even de laptop (die Patrick voor pa Piet had meegenomen, om contact te houden ) hadden ingeschakeld. Helaas de verbinding lukte niet.

Vierde dag (622 KM)

Deze dag begon niet goed voor vader Piet. Hij had moeite om op gang te komen. Gelukkig deed het uitgebreid ontbijt hem weer opleven en ook de laptop deed het. Gerust konden we opnieuw naar de Grand Canyon. En weer raakten we onder de indruk van de prachtige vergezichten. Maar we moeten verder.

Dan volgt er een eindeloze steppe. Vader Piet en Fenny amuseren zich met het steeds maar doorlopende draadje (afrastering).
Bij de eerste stop duiken we een souvenirwinkel binnen (de enige zal later blijken, die we op onze trip hebben gezien). Maar Patrick is streng, niet te lang rondkijken! Hebbes, het cadeautje van deze reis, de magneet van de Grand Canyon.

Buiten zien we nog dat er een postkantoortje is (zie foto) ook daar wordt even gewinkeld en dan gaan we weer. Wat kan de natuur toch overweldigend zijn.

In Williams is onze volgende stop, de jaren vijftig zijn hier duidelijk toonaangevend en dan op naar de Hoover Dam.

De toegangsweg eindigt in een politiepost. De agenten kijken zeer indringend in de auto, maar onze gezichten waren schijnbaar in orde, want we mochten doorrijden. Een immens bouwwerk en bouwput ontrolt zich voor onze ogen. Bij het uitstappen slaat een enorme hitte ons om de oren, wat ons doet besluiten geen excursie te doen, maar fijn weer in onze gekoelde auto verder te rijden.

Om 18.00 uur komt Las Vegas in zicht. De indruk is groot. Wat maken we allemaal mee.
Voor de eerste keer komen we in een file terecht. Gelukkig een langzaam rijdende file, waardoor we heerlijk op de achterbank al veel van de Strip te zien krijgen en we konden echt zingen van “we zijn er bijna, maar nog niet helemaal”.
Dit keer was hotel Bellagio het eindpunt, het hotel met de fonteinen voor de deur. Fenny en Patrick gaan inchecken en wij houden de wacht. We staan in een indrukwekkende hal vol pracht en praal, waarvan ook het plafond schitterend is.

De kamers waren al in februari gereserveerd, edoch er bleek een misverstand te zijn. Even later meldt Fenny zich bij ons en zegt: “Ga, maar even zitten, alles komt goed, maar het gaat een tijdje duren”. Vanaf onze zitplaats nemen we het lief leven in ogenschouw. Heel veel mensen, heel veel mooie mensen, heel veel dure mensen en links van ons de lichten en het geluid van de speelautomaten.

En ja hoor, eindelijk is het zover, op naar de 32e etage naar een kamer met uitkijk op de fonteinen en een uitzicht dat lijkt op een sprookje, vooral in de avonduren met allemaal de verlichtingen.
Het bed heeft dit keer vijf kussens. En om de gordijnen of moet ik “draperieën” zeggen, te openen of te sluiten dien ik op een knopje drukken. Wat moet ik er toch mee!
“Genieten, moeder Anny, dit is maar één keer”, denk ik.
We gaan uitrusten en zien de eerste show beneden, met in onze kamer op de achtergrond de t.v., die de muziek uitzendt. Grandioos. Achteraf realiseren we ons, dat we vergeten hebben om een foto van dit spektakel te maken. Stom, stom.
Dan is het tijd om te gaan eten. We gaan te voet en tijdens de wandeling krijgt Fenny last van een pijnlijke plek onder haar voorvoet. Dit wordt in de loop der dagen een immense blaar, die vakkundig door Patrick behandeld wordt.
Het wordt een feestmaaltijd in de jungle-tent, compleet met donder en bliksem.
We besluiten met de taxi terug te gaan, want de pijn wordt niet minder, ook de geplande avondwandeling gaat niet door voor Fenny. Wij gaan op avontuur met Patrick als gids. Het eindresultaat is “total loss”, maar oh wat is het mooi, dit gezien te hebben.

Vijfde dag (21 KM)

We gaan ontbijten in een echt Amerikaans eethuis. Mijn porties worden steeds kleiner. En het heerlijke is, ik voel me echt goed. Ook Piet is na die kleine inzinking een herboren man en begint het avontuur steeds leuker te vinden.
Bij het bord Welcome in Las Vegas wordt een groepsfoto gemaakt.

Daar worden we geïnterviewd door het plaatselijke tv-station. Patrick ziet zich later één seconde terug op het beeld tijdens het journaal.
We houden rustdag om ’s avonds samen naar het grootst lopende buffet te gaan, dat ik tot nu toe heb meegemaakt. En ik vind weer een muntje. Het geluk kan niet op.

We kunnen Gita en Bob melden, dat we er aan komen, want Piet heeft het telefoonnummer gevonden via de laptop. Het nummer dat wij bij ons hadden werkte niet, en dat klopte, want het was veranderd in de loop der jaren. Niet aangedacht om te controleren, want het contact van ons gaat via de pc.

Zesde dag (614 KM)

Het ontbijt in Bellagio is een smakelijk gebeuren, waarna we ons prachtig onderkomen verlaten met een schat aan ervaring. De gokkasten/tafels waren niet aan ons besteed.
De auto wordt weer voorgereden en we nemen als volleerde reizigers plaats op de achterbank. Er is besloten de toeristische route te nemen naar Bakersfield wat ons naar Death Valley brengt. Adembenemend mooi, vreselijk desolaat (zie foto).

Een lange rechte weg met golfslag waar Patrick ons probleemloos doorheen voert.
Heuvel op, heuvel af. En ik, die zeer gevoelig is voor dit soort wegen en wagenziek wordt, zit rustig op de achterbank en merk niets van de hoogteverschillen. De navigatie is top. Je zou geneigd zijn rechtdoor te rijden, alsmaar verder, maar je moet toch wel eens van richting veranderen, soms met piepende remmen. (Sjonge we gaan toch wel hard!)
En dan komt Bakersfield in zicht. We gaan eerst naar het hotel van Fenny en Patrick. En wat een geluk voor hen. Er is een omleiding, die plotsklaps een feit is, zonder waarschuwing vooraf. Dit was een drama geworden, denk ik, in het donker. Na vele kilometers verder en weer terug, komen we wederom op de goede weg.
Het hotel wordt gevonden en dit wordt voorlopig voor de laatste keer samen eten.

Bijna klokslag 19.00 uur staan we op de stoep bij Gita en Bob, waar we allerhartelijkst worden ontvangen. Een weerzien na dertig jaren voor ons. Fenny was er in 1994 op bezoek geweest en werd door Bob begroet met haar koosnaampje “dag Saar”. De tijd vloog en we namen een beetje weemoedig afscheid van “de kinders”. Zij doen nog een paar natuurparken en komen ons weer ophalen voor de terugreis.

Dag zeven – acht – negen – tien

Brengen we door samen met onze vrienden. We halen herinneringen op. We vertellen onze belevenissen in de loop der jaren. We praten over onze ouderdomsverschijnselen.
Maar vooral, rust, gezellig en gastvrij. Bob bakt het vlees voor de Hollandse maaltijd en Gita kookt aardappelen, die ze extra gekocht heeft en waarvoor Gita en ik nog even naar de winkel gingen.
Helaas kan Piet de laptop niet gebruiken omdat er geen aansluiting in huis is, maar hij kan de mail checken op de pc.
De volgende dag maken Piet en ik ‘s morgens een ommetje in het kader van “bewegen”, want hij heeft last van zijn onderdanen. Zo krijgen we een beeld van de omgeving en we blijven ons verbazen over de ruimte en brede wegen. ’s Middags worden we getrakteerd op eigen gemaakte pannenkoeken en ’s avonds gaan we gezellig uit eten. We blijken nog heel veel te vertellen te hebben.
De dag erna is het memorial day in Amerika. Overal hangen de vlaggen uit. Piet en ik maken ook deze morgen een kleine wandeling. Na de koffie gaan we met de auto op zoek naar de winkel met NONI-pillen, die Gita voor mij gevonden heeft. Weer wordt er een heerlijke ijsco gegeten door de mannen. Bij thuiskomst begin ik de koffers in te pakken en bakt Gita saucijzenbroodjes. Overheerlijk. Dan komt Jolanda nog even op bezoek, want die was buiten de stad met haar gezin, om ons te begroeten. Nu horen we een andere taal, niet helemaal verstaanbaar voor ons.
De laatste gezamenlijke maaltijd is weer buitenshuis. Het praten gaat gewoon verder.

Dag tien (210KM)

En dan is het de laatste dag. Gita bakt nog even heerlijke koekjes.
Fenny en Patrick komen ons ophalen. Ze zijn fijn op tijd, zodat ze nog wat met Gita en Bob kunnen praten en we rustig afscheid kunnen nemen.

Een beetje triest, want wat brengt de toekomst? Het bezoek is 100% geslaagd.
We zijn klaar voor de terugreis.
En weer zitten we op de achterbank. De weg naar Los Angeles is druk, maar alles loopt gesmeerd. Fenny en Patrick hebben ’s morgens de papieren voor ons in orde gemaakt, zodat we nergens problemen hoeven te verwachten, mits er geen wijziging in het vliegschema komt. Verder krijgen we een checklist van handelingen.

En dan nemen we ook afscheid van de auto en stappen in de bus naar het vliegveld. We worden allemaal een beetje stil, want nu is het echt over en uit.

Nog een keer samen eten. Nog een keer zwaaien en dan gaan we de roltrap op.
Tot over negen dagen voor hen. Wij zijn morgen thuis………
De terugweg verloopt in omgekeerde richting. Ook nu weer veel controle door de beveiligingsmensen.
Het vliegtuig neemt een andere route zien we op het beeldscherm. De weg is hobbelig en we moeten regelmatig de riemen vastmaken. Ook nu komt er niet veel van slapen.
En dan zijn we op Heathrow. Dank zij de proefroute bij ons vertrek loopt alles gesmeerd en de checklist geeft ons een houvast. We hebben ruim de tijd voor het vliegtuig naar Düsseldorf.
Dan voelen we op een gegeven moment de man met de hamer, maar we nemen een expresso en cappucino en voor ons klaart de lucht op. Maar buiten is het druilerig. Waar is de zon???

Om 19.15 uur zijn we in Düsseldorf. Broer Peter staat op de uitkijk als we gepakt en gezakt door de deur komen.

En dan is er koffie, met een lekkere punt. Einde vakantie.
Peter brengt ons veilig thuis.

Dit hadden we nooit durven dromen.
Een reis met vele hoogtepunten. Een reis zonder één minpunt.

Moeder Anny

Leave a Comment